NEUROLOGISCHE OBSERVATIE

Insufficiëntiefracturen van het sacrum na radiotherapie

TNN - jaargang 116, nummer 2, juni 2015

C. Heidemans-Hazelaar , J. Avenarius , A. Jonkman , dr. B. Vanneste , dr. L. Stalpers , dr. L. Dorresteijn

Samenvatting

Door groeiende mogelijkheden om kanker te genezen wordt het belangrijker om langetermijncomplicaties te onderkennen. Het is van essentieel belang om sacrale insufficiëntiefracturen na radiotherapie tijdig te diagnosticeren, omdat de behandeling verschilt van die van fracturen door botmetastasen. We presenteren twee patiënten met deze late en soms ernstige complicatie.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2015;116(2):108-112)

Lees verder

Een bespreking van het cheiro-oraal en cheiro-pedaal syndroom

TNN - jaargang 116, nummer 1, maart 2015

J. Wijntjes , drs. B.J. Kerklaan

Samenvatting

In dit artikel worden twee patiënten met respectievelijk een cheiro-oraal en cheiro-pedaal syndroom gepresenteerd. Het cheiro-oraal en cheiro-pedaal syndroom zijn onderdeel van de ‘restricted acral sensory syndromes’. Focale cerebrale ischemie is de meest beschreven oorzaak. De potentiële lokalisatie van de symptomatische laesie kan variëren van hersenstam via thalamus tot aan de cortex. Het herkennen van symptomatologie als uiting van ischemie maar ook de precieze lokalisatie van de laesie middels MRI is essentieel voor een juiste behandeling.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2015;116:41-46)

Lees verder

Reversibele symptomatische communicerende hydrocefalus bij twee patiënten met een vestibulair schwannoom

TNN - jaargang 116, nummer 1, maart 2015

I. Rasing , S.M.A. van der Salm , M. Goudsmit , dr. E. Richard , dr. N.D. Kruyt

Samenvatting

Wij bespreken twee patiënten die zich presenteerden met progressieve cognitieve achteruitgang en een loopstoornis. Beide patiënten hadden een communicerende hydrocefalus, een verhoogd liquoreiwit en een vestibulair schwannoom. Plaatsing van een ventriculoperitoneale drain gaf voor beide patiënten blijvende klinische verbetering. De combinatie van een vestibulair schwannoom en een communicerende hydrocefalus is zeldzaam en wordt aan de hand van twee casus besproken.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2015;116:47-50)

Lees verder

Thyreotoxische periodieke paralyse: aanvalsgewijze verlamming

TNN - jaargang 115, nummer 4, december 2014

M.M. Hengeveld , dr. A.H. Mudde , R.A. van der Kruijk

Samenvatting

Thyreotoxische periodieke paralyse presenteert zich door de combinatie van parese(n) en hypokaliëmie. Dit is een zeldzame, maar wel potentieel dodelijke aandoening, die met name voorkomt in de Aziatische mannelijke bevolking tussen de 20 en 40 jaar. Omdat patiënten at risk blijven zolang ze niet euthyreood zijn, is het belangrijk dit ziektebeeld snel te onderkennen en de juiste behandeling te initiëren. Naast kaliumsuppletie wordt een niet selectieve bètablokker aanbevolen zowel in de acute fase als ter profylaxe. Tot slot is het noodzakelijk de onderliggende schildklierafwijking te behandelen.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:227-30)

Lees verder

Hypertrofe olivaire degeneratie

TNN - jaargang 115, nummer 4, december 2014

B. Nijsse , prof. dr. M.W. Vernooij , dr. A.J.W. Boon

Samenvatting

Hypertrofe olivaire degeneratie kan optreden na onderbreking van de driehoek van Guillain – Mollaret ten gevolge van een laesie in cerebellum of hersenstam. Ten gevolge van deze onderbreking treden veranderingen op aan de onderste olijfkern, die uiteindelijk na enkele weken tot maanden hypertrofisch wordt. Dit artikel beschrijft twee patiënten met hypertrofe olivaire degeneratie ten gevolge van een caverneus angioom in de hersenstam. Klinische verschijnselen van hypertrofe olivaire degeneratie bestaan uit palatum tremor, rubrale tremor, oculo-palato-myoclonus en cerebellaire ataxie. Deze verschijnselen treden enkele weken tot maanden na de initiële laesie op. Beeldvorming met ‘magnetic resonance imaging’ kan de diagnose ondersteunen door veranderingen van de olijfkern zichtbaar te maken. Er is slechts symptomatische behandeling mogelijk.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:231-35)

Lees verder

Orolinguaal angio-oedeem na trombolyse bij een herseninfarct

TNN - jaargang 115, nummer 3, september 2014

dr. W.P.J. van Oosterhout , dr. H. de Groot , D.J. Kamphuis

Samenvatting

Intraveneus toegediend recombinant tissue plasminogen activator is een effectieve en relatief veilige behandeloptie bij het acute herseninfarct. Orolinguaal angio-oedeem is een potentieel levensbedreigende complicatie die optreedt bij ongeveer 5% van de patiënten. Patiënten die tevens ‘angiotensin-converting enzyme’ -remmers gebruiken, hebben een verhoogd risico op angio-oedeem. In het voorliggende artikel wordt de casus beschreven van een 65-jarige vrouw met dysartrie en een milde linkszijdige hemiparese die bij een acuut herseninfarct werd behandeld met recombinant tissue plasminogen activator. Binnen twee uur na de behandeling ontstond angio-oedeem van de linkerzijde van de tong, zonder zwelling van de lippen of farynx. Patiënte werd behandeld met dexamethason en tavegyl, waarop de symptomen verdwenen binnen tien uur. Orolinguaal angio-oedeem is een potentieel levensbedreigende complicatie van recombinant tissue plasminogen activator, die in korte tijd ernstige symptomen kan geven. Intubatie, cricotomie of tracheostomie is geïndiceerd bij zwelling van de farynx en wanneer een bedreigde ademweg ontstaat. Wanneer de zwelling zich beperkt tot de tong en lippen, lijkt medicamenteuze therapie voldoende effectief.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:171-75)

Lees verder

Orbitale apex syndroom door Aspergillose

TNN - jaargang 115, nummer 3, september 2014

R.P.J. Geerlings , dr. P.H.M.F. van Domburg

Samenvatting

Intracraniële schimmelinfecties zijn zeldzaam en worden overwegend gezien bij immuungecompromitteerde patiënten. Soms kan een infectie, ook bij een patiënt zonder aanwijzingen voor een afweerstoornis, leiden tot een chronisch invasief proces, met name ook aan de schedelbasis. Wij beschrijven een 79-jarige patiënte met progressieve oftalmoplegie en visusdaling van het linker oog en het klinisch beeld van een orbitale apex syndroom. De MRI-scan van de hersenen toonde een massa links parasellair met doorgroei in de apex van de linker orbita. Neurochirurgische biopsie toonde een aspergillus als verwekker die niet resistent bleek te zijn voor voriconazol. Op basis van anamnese en voorgeschiedenis waren er bij onze patiënte geen aanwijzingen voor immuundeficiëntie. Bij een langzaam progressief ruimte innemend proces in de nabijheid van de sinus cavernosus, moet worden gedacht aan behandelbare infectieuze aandoeningen, ook bij immuuncompetente patiënten.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:176-81)

Lees verder