NEUROLOGISCHE OBSERVATIE

Juveniele myoclonusepilepsie: vergeet praxisinductie niet

TNN - jaargang 124, nummer 4, juni 2023

E.E.M. Reus , dr. F.M.E. Cox

SAMENVATTING

Praxisinductie is de provocatie van epileptische aanvallen of interictale epileptiforme ontladingen door cognitieve taken, vaak met betrekking op visuomotorische coördinatie en besluitvorming. Dit kan optreden bij patiënten met juveniele myoclonusepilepsie (JME). Het fenomeen is goed beschreven in de epilepsieliteratuur, maar minder bekend bij de algemene neuroloog. In dit artikel worden 2 patiënten met JME gepresenteerd, die beiden het optreden van myoclonieën tijdens een specifieke cognitieve taak rapporteren. Tijdens video-EEG-opname was zichtbaar dat het uitvoeren van cognitieve taken interictale epileptiforme ontladingen en myoclonische aanvallen induceert. Dit illustreert het belang van gedetailleerde anamnese en het uitvoeren van specifieke cognitieve taken tijdens video-EEG-opnames bij het diagnosticeren van JME.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2023;124(4):165–8)

Lees verder

Denken buiten de kaders van multiple sclerose; lumbale kanaalstenose als een onafhankelijke en behandelbare oorzaak van loopproblemen bij MS-patiënten

TNN - jaargang 124, nummer 3, mei 2023

drs. A.E. Commandeur , dr. J.F. Meilof , dr. E.A.C. Beenakker

SAMENVATTING

De kans dat een patiënt met multiple sclerose (MS) als gevolg van de ziekte beperkingen gaat ondervinden met lopen is erg groot. De gemiddelde leeftijd waarop de diagnose MS wordt gesteld ligt rond 35 jaar, en secundaire progressie vindt gemiddeld ongeveer 20 jaar later plaats. Veel MS-patiënten ontwikkelen dus rond de leeftijd van 50–60 jaar problemen met lopen. Bij gezonde personen begint de lichamelijke conditie echter ook af te nemen rond de leeftijd van 50–60 jaar. Achteruitgang in de mobiliteit bij MS-patiënten kan daarom geduid worden in het kader van de secundaire progressie of natuurlijke veroudering. Naast deze 2 voor de hand liggende oorzaken kan er ook sprake zijn van een alternatieve diagnose als oorzaak van de achteruitgang in mobiliteit. In dit artikel worden 3 MS-patiënten besproken met loopproblemen die niet werden veroorzaakt door MS, maar door een lumbale spinale kanaalstenose. Het doel van dit artikel is om bewustwording te creëren voor het feit dat nieuwe neurologische klachten bij personen met MS niet altijd komen door de MS. Vele andere oorzaken kunnen hier ook aan ten grondslag liggen.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2023;124(3):123–7)

Lees verder

Anti-Ma2 limbische encefalitis, geïnduceerd door immuuntherapie met checkpointremmers

TNN - jaargang 124, nummer 2, april 2023

L. Janssens , drs. D. Van den Abbeele , dr. E. Van Buggenhout , dr. R. Oedit , dr. H. Liessens , dr. S. Lunskens

SAMENVATTING

Immuuntherapie met checkpointremmers wordt in toenemende mate aangewend in de behandeling van verschillende soorten kanker. Diverse neurologische bijwerkingen werden reeds in verband gebracht met het gebruik van checkpointremmers, waaronder in zeldzame gevallen limbische encefalitis. De diagnose van checkpointremmer-geïnduceerde limbische encefalitis wordt gesteld op basis van een typisch radiologisch beeld, liquoronderzoek en uitsluiting van andere oorzaken. De behandeling bestaat in de eerste plaats uit het staken van checkpointremmers en toedienen van hoog gedoseerde corticosteroïden. In dit artikel wordt een patiënt beschreven die zich presenteert met anti-Ma2 limbische encefalitis als bijwerking van immuuntherapie met de checkpointremmers nivolumab en ipilimumab ter behandeling van een mesothelioom.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2023;124(2):76–80)

Lees verder

Voorbijgaande corticale blindheid na vasculaire interventie

TNN - jaargang 124, nummer 1, februari 2023

drs. I. van Blitterswijk , dr. K. Jellema , drs. K.R.I.S. Dorresteijn

SAMENVATTING

Contrast-geïnduceerde neurotoxiciteit is een zeldzame complicatie na een angiografie met jodiumhoudend contrastmiddel. De meest voorkomende symptomen zijn corticale blindheid, encefalopathie, insulten, afasie, motorische uitval en psychiatrische symptomen. Symptomen ontstaan doorgaans kort na de ingreep en herstellen geleidelijk binnen enkele dagen. Door de toename in het aantal neuro- en cardiovasculaire interventies wordt dit klinische beeld steeds vaker gezien. Het herkennen ervan is derhalve zeer relevant.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2023;124(1):28–31)

Lees verder

Herseninfarct of functionele neurologische stoornis: wel of geen trombolyse?

TNN - jaargang 123, nummer 8, december 2022

drs. J. Broekmeulen , drs. A.H.C.M.L. Schreuder , dr. E.I. Hoff

SAMENVATTING

Een 26-jarige vrouw presenteerde zich op de afdeling Spoedeisende Hulp met plotseling ontstane, rechtszijdige, sensomotore uitvalsverschijnselen en spraakproblemen. Bij neurologisch onderzoek waren er inconsistenties en incongruenties. Differentiaaldiagnostisch werd gedacht aan een beroerte en een functionele neurologische stoornis. Aan de hand van deze casus worden de overwegingen ten aanzien van het wel of niet trombolyseren besproken.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2022;123(8):376–81)

Lees verder

Status dystonicus: diepe hersenstimulatie kan levensreddend zijn

TNN - jaargang 123, nummer 7, november 2022

dr. M.E. van Egmond , prof. dr. M.A.J. de Koning-Tijssen

“Imagine yourself at a calm sea and suddenly a storm brews up. The ship is tossed around and may sink, because the waves become very turbulent. A dystonic storm or status dystonicus is a situation where dystonia which has been manageable, becomes unmanageable and widespread throughout the body (…) and turns out to be a medical emergency.1

Dr. Jean-Pierre Lin, kinderneuroloog, Evelina Children’s Hospital, Londen, Verenigd Koninkrijk

Iedere zorgverlener die in de klinische praktijk te maken heeft gehad met een patiënt met een status dystonicus zal dit indrukwekkende beeld niet snel vergeten. De onwillekeurige bewegingen en abnormale houdingen, kenmerkend voor dystonie, zijn bij een status dystonicus zodanig ernstig dat ziekenhuisopname noodzakelijk is.2 Vroegtijdige herkenning en behandeling is essentieel, omdat persisterende status dystonicus kan leiden tot hyperthermie en rhabdomyolyse, met uiteindelijk multi-orgaanfalen tot gevolg.2,3

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2022;123(7):325–6)

Lees verder

Diepe hersenstimulatie bij een kind met een status dystonicus

TNN - jaargang 123, nummer 7, november 2022

dr. M. Beudel , dr. J.M. Dijk , dr. D.P. Bakker , dr. E.M.M. Strijbis , prof. dr. A.I. Buizer , prof. dr. P.R. Schuurman , dr. L.A. van de Pol

SAMENVATTING

Een status dystonicus is een zeldzaam, potentieel levensbedreigend ziektebeeld. In de afgelopen jaren lijkt de prognose geleidelijk beter te zijn geworden, mits de aandoening op tijd wordt herkend en behandeld. Met name de vroege toepassing van diepe hersenstimulatie heeft hieraan bijgedragen. In dit artikel wordt een 5-jarige patiënt beschreven met een GNAO1-mutatie. Het ziektebeloop, de behandeling en de uitkomsten van status dystonicus worden besproken. Hiernaast wordt ingegaan op de effecten van diepe hersenstimulatie bij status dystonicus, in het bijzonder bij de relatief kort geleden ontdekte GNAO1-mutatie. Tot slot wordt de multidisciplinaire aanpak voor DBS bij kinderen met dystonie beschreven.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2022;123(7):327–33)

Lees verder