Al in de jaren 80 van de vorige eeuw werden bij MS-patiënten post-mortem observaties gedaan van spontane myelinereparaties.1 Hierbij werden laesies gezien met dunne myelinelaagjes met een bleke kleur, beter bekend als ‘schaduwplaques’. Dit waren de eerste aanwijzingen van de mogelijkheid dat het myeline rond de axonen zich (deels) kon herstellen na plaatselijke beschadigingen tijdens het MS-ziekteverloop.