SAMENVATTING

Voor een accurate diagnose bij de ziekte van Alzheimer (AD) is het essentieel geïnformeerd te zijn over de onderliggende pathologie. Er zijn verschillende biomarkertechnieken waarmee de aanwezigheid van amyloïd- en tau-pathologie – de pathologische kenmerken van AD – kunnen worden aangetoond. Een daarvan is de nucleaire beeldvormende techniek positronemissietomografie (PET). Amyloïd-PET kan worden ingezet als amyloïdmaat wanneer AD als onderliggende oorzaak bij cognitieve klachten wordt overwogen. Het heeft een hoge negatief voorspellende waarde en, met name bij jongere patiënten, hoge positief voorspellende waarde. Daarnaast is amyloïd-PET een belangrijke maat in klinische trials, waarvoor wereldwijde procedures voor standaardisatie en harmonisatie zijn ontwikkeld. Tau-PET wordt tot op heden in Europa alleen nog ingezet voor onderzoeksdoeleinden, maar de recente goedkeuring van de FDA van de tau-specifieke tracer Tauvid© in de Verenigde Staten is een belangrijke stap richting klinische toepassing. Tau-PET heeft een hoge specificiteit, maar een lagere sensitiviteit voor met name vroege tau-stadia. Het zou diagnostisch kunnen worden ingezet als maat voor tau-pathologie wanneer AD als onderliggende pathologie voor cognitieve klachten wordt overwogen, met name bij oudere patiënten (waarbij de aanwezigheid van amyloïdpathologie inconclusief is). Daarnaast biedt tau-PET een goede manier om ziekteprogressie in beeld te brengen en kan het worden ingezet voor differentiaaldiagnostische en prognostische doeleinden. In diverse klinische trials is tau-PET een belangrijke uitkomst- of inclusiemaat. Wanneer verdere validatie (waaronder toepassing in heterogene klinische populaties en realiseren van standaardisatie- en harmonisatieprocedures) heeft plaatsgevonden, zal de toepassing in de klinische praktijk in Europa dichtbij zijn.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2023;124(1):32–8)