SAMENVATTING

Begin 2020 zorgde de COVID-19-pandemie voor cruciale vragen en behandeldilemma’s bij multiple sclerose (MS), aangezien MS-patiënten door het gebruik van ziektemodulerende therapie (ZMT) tot een mogelijke risicogroep behoren. Verschillende cohorten hebben aangetoond dat de ernst van COVID-19 niet negatief beïnvloed lijkt te worden door ZMT’s, behoudens een mogelijk toegenomen risico op een ernstig beloop bij anti-CD20-therapieën. Voor inductietherapieën zoals alemtuzumab is nog onvoldoende informatie beschikbaar. Risicofactoren die zijn geassocieerd met een ernstig COVID-19-beloop bij MS zijn, net als in de algemene COVID-19-populatie: hoge leeftijd, mannelijk geslacht en comorbiditeit (onder meer obesitas). MS-specifieke risicofactoren zijn hoge invaliditeit, progressieve MS en recente (<1 maand) intraveneuze toediening van methylprednisolon. Op basis van de huidige data lijkt er geen relatie te zijn tussen ZMT-geïnduceerde lymfocytopenie en ernst van COVID-19. Momenteel lopen er meerdere onderzoeken naar immuniteit na een infectie met ‘severe acute respiratory syndrome coronavirus 2’ en na vaccinaties bij MS-patiënten die met ZMT’s worden behandeld.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2021;122(3):98-105)