NEUROLOGIE

Epilepsie als potentiële auto-immuunaandoening en auto-immuun encefalitis: antistoffen, diagnostiek en behandeling

TNN - jaargang 115, nummer 3, september 2014

dr. R.P.W. Rouhl , I. Gommans , dr. M.L. Kuijf , prof. dr. M. de Baets

Samenvatting

Antistoffen tegen receptoren van neurotransmitters worden met name gezien bij een limbische encefalitis die zich kenmerkt door een subacuut ontstane stoornis van het korte termijn geheugen, verwardheid, psychiatrische symptomen en epilepsie. Dit beeld komt met name bij antistoffen tegen de NMDA-receptor, de AMPA-receptor (beide glutamaat-receptoren), de GABA-receptor, tegen eiwitten verbonden aan de spanningsafhankelijke kaliumkanalen (LGI1 en CASPR2) en tegen het intracellulaire enzym GAD. Bij patiënten met louter epilepsie, met name als deze geen andere onderliggende oorzaak heeft en slecht op medicatie reageert, komen deze antistoffen echter ook in verhoogde mate voor. De behandeling van een auto-immuun encefalitis bestaat uit immuunsuppressie en tumorresectie, indien van toepassing. Deze behandeling heeft een goed effect, ook op de langetermijnprognose, wanneer deze vroeg gestart wordt. Bij een klinisch beeld met louter epilepsie is het nut van behandeling minder duidelijk, een proefbehandeling met immuunmodulatie kan echter wel gegeven worden wanneer andere behandelingen geen effect hebben.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:129-36)

Lees verder

Endovasculaire behandeling bij herseninfarcten: hoopvol of hopeloos?

TNN - jaargang 115, nummer 2, juni 2014

prof. dr. R. Lemmens , dr. V.N. Thijs , dr. W.J. Schonewille

Samenvatting

In de zoektocht naar de optimalisatie van de behandeling van patiënten met een acuut herseninfarct wordt reeds jaren gebruik gemaakt van endovasculaire benaderingen. In dit artikel beschrijven we de huidige stand van zaken voor wat betreft de wetenschappelijke evidentie hiervoor en wat er in de toekomst te verwachten is.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:58-63)

Lees verder

Intra-arteriële behandeling van het acute herseninfarct in Nederland voorafgaand aan de MR CLEAN-studie

TNN - jaargang 115, nummer 2, juni 2014

AA.D. Rozeman , dr. W.J. Schonewille , dr. M.J.H. Wermer , prof. dr. D.W.J. Dippel , dr. J. Boiten , prof. dr. A. Algra , voor de pre-studie MR CLEAN-studiegroep

Lees verder

Terugwinnen van zicht met Visuele Restitutie Therapie bij patiënten met hemianopsie

TNN - jaargang 115, nummer 2, juni 2014

R. Meijering , W.D. van der Zwaag , dr. J. Niewold

Samenvatting

Met behulp van Visuele Restitutie Therapie (VRT) kan een patiënt met gezichtsveldverlies (o.a. hemianopsie, quadrantanopsie, tunnelvisie) het blinde visuele veld, zoals gemeten met perimetrie, gedeeltelijk terugwinnen. De klinische relevantie van deze behandeling is nog niet geheel eenduidig, maar het lijkt erop dat het leidt tot een betere visus en kwaliteit van leven.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:66-70)

Lees verder

Met Parkinson op (de) weg: criteria en evaluatie van rijgeschiktheid in België

TNN - jaargang 115, nummer 2, juni 2014

H. Devos , prof. dr. W. Vandenberghe , prof. dr. A. Nieuwboer , dr. M. Tant

Samenvatting

Neurologen worden vaak geconsulteerd om de rijgeschiktheid van personen met de ziekte van Parkinson te beoordelen. Deze rijgeschiktheidsbeoordeling wordt bemoeilijkt door de ambigue wetgeving, het gebrek aan concrete richtlijnen en beroepsethische conflicten. In dit artikel geven we een overzicht van de Belgische wetgeving, bespreken we de knelpunten in de rijgeschiktheidsevaluatie en stellen we een klinische testbatterij voor om de verwijzing door de neuroloog naar een rijgeschiktheidsentrum te vergemakkelijken.(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:71-6)

Lees verder

Magnetoencefalografie en epilepsie

TNN - jaargang 115, nummer 1, maart 2014

E. Carrette , dr. K. Vonck , dr. P. Boon

Samenvatting

Magnetoencefalografie (MEG) is een functioneel beeldvormend onderzoek van de hersenen. Het meet op een niet-invasieve, directe manier de magnetische velden die gegenereerd worden door de elektrische activiteit in de hersenen. MEG wordt steeds vaker vernoemd binnen de prechirurgische evaluatie van patiënten met refractaire epilepsie. Dankzij de specifieke eigenschappen van magnetische velden is het op basis van MEG-signalen mogelijk om op een uitermate nauwkeurige manier bronlokalisatie uit te voeren en op die manier de origine van interictale epileptiforme ontladingen te bepalen. MEG blijkt sensitiever te zijn dan scalp elektroencefalografie voor het oppikken van deze ontladingen. Onderzoek toont aan dat het toevoegen van een MEG-onderzoek aan de prechirurgische evaluatie van refractaire epilepsiepatiënten bijkomende en onmisbare informatie oplevert. Daarenboven laat MEG toe eloquente cortex op basis van magnetische geëvoceerde velden op niet-invasieve wijze in beeld te brengen.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:5-10)

Lees verder